Skip to main content

Scheidsrechters

Alle scheidsrechters die een k4-wedstrijd gaan begeleiden zouden van de volgende informatie op de hoogte moeten zijn om het voor iedereen fijn te houden.

Voor de wedstrijd

  • Zorg dat je een neutrale kleur draagt die niet overeenkomt met die van 1 van beide teams.
  • Zorg voor een fluitje.
  • Ga voor de wedstrijd bij de tornooileiding luisteren welke wedstrijd je moet fluiten.
  • Neem indien nodig een wedstrijdbal mee naar je veld.
  • Als de club geen centraal start/stop-systeem hanteert, kan je best ook voor een chronometer zorgen.
  • Zorg dat beide teams snel opstellen en kunnen starten.

 

Tijdens de wedstrijd

Super belangrijk dat je tijdens de wedstrijd elke fout ook heel kort uitlegt aan de spelers. Ze moeten weten wat ze fout deden zodat ze ook snappen waarom jij floot.

  • Spelers stellen zich steeds in het midden van het veld met 4 naast elkaar op. De rechtstreekse tegenstanders komen dan tegenover elkaar staan.
  • Scheidsrechter loopt tussen deze 2 rijen en geeft de 8 spelers een boks of high-five en wenst ze een prettige wedstrijd. Dit doen we om het respect naar een scheidsrechter te verhogen, essentieel dat je dit ook daadwerkelijk doet.
  • We gaan ervan uit dat elke team bestaat uit 2 jongens en 2 meisjes. Maar dat kan ook anders zijn en dan vragen we dit enkel te doen zodat het niveau ongeveer gelijk is.
  • Eenmaal de wedstrijd bezig is, zijn er geen geslachten en mag iedereen elkaar verdedigen.
  • Kinderen worden gestimuleerd om te gaan verdedigen, maar als de tegenspeler heeft kunnen gooien is het altijd goed. We fluiten dus nooit een kans af voor verdedigd.
  • Doordat verdedigt niet telt is er wel één extra regel. Een speler die een kans neemt en zelf afvangt, moet daarna de bal passen in plaats van zelf nog eens te gooien.
  • Na een doelpunt wordt er gefloten en mag de andere ploeg in het midden van het veld starten.
  • De bal mag niet buiten het speelveld. Gebeurt dit toch, dan moet je dit fluiten en het juiste team laten ingooien.
  • De bal moet gepast worden, geven ze de bal door moet je fluiten, de fout uitleggen en het juiste team laten starten.
  • Met de bal in onze handen mogen we niet lopen. Lopen ze bewust of te veel onbewuste stappen, moet je dit fluiten, uitleggen en het juiste team laten starten.
  • Na een fout zijn alle armen binnen armslengte naar beneden en laten we de eerste pas toe. Zijn er toch armen omhoog of wordt er gestoord binnen armslengte, fluiten we, leggen we uit wat er fout ging en mag het team opnieuw starten.
  • Alle bewuste fouten zoals trapbewegingen naar de bal, bewuste duw- en trekfouten, bewuste snijfouten, bewuste duiksprongen naar de bal, fluiten we af en leggen we uit.
  • Je speelt meestal een set van 5 tot 6 minuten. De winnaar van elke set krijgt 1 punt.
  • Na een set is er 1 minuut de tijd om 4 nieuwe spelers op te stellen in het midden en weer klaar te zetten. De scheidsrechter loopt weer door beide rijen en wenst ze weer succes met een boks of high-five.
  • Het team dat de eerste set met meer dan 3 doelpunten verschil verloren heeft, mag in de tweede set starten met 5 spelers op het veld. Het team van 4 mag alle 5 de spelers gaan verdedigen en alle 5 de spelers mogen scoren.
  • Is het na de 2 sets 1-1, dan vatten we steeds aan met 4 tegen 4.
  • Verliest het team met of zonder superspeler ook set 2, dan mag het in set 3 nog steeds verder spelen met 5 spelers.
  • Kijk goed naar de tijd!! Een volledige wedstrijd kan maar 20 minuten duren en dit zeker in de zaal. Zorg er dus voor dat je steeds tijdig begint en kies daarom slim tussen 3 x 5minuten of 3 x 6 minuten speeltijd.

 

Na de wedstrijd

  • Geef alle spelers en coaches een boks of high-five en geef ze complimentjes.
  • Geef de wedstrijdbal door aan de volgende scheidsrechter of bezorg hem bij de wedstrijdtafel.

 

Login