Basisregels
K4-korfbal wordt gespeeld volgens de basisregels van de K.B.K.B.
- Dat beide teams door middel van passenspel trachten te gaan scoren in hun korf.
- Dat spelers niet mogen lopen met de bal in hun handen.
- Dat de bal binnen het speelveld moet blijven.
- Dat lichamelijk contact met een speler die naar de mand gooit, altijd een penalty krijgt. Penalty kan ook een schietkans zijn van 2,5 meter voor de paal.
- Alle vormen van niet per toeval hinderen, duwen, lopen, duiken, springen worden als gevaarlijk spel aanzien en gefloten als een fout.
In de kempische cluster 5 voegen we enkele spelregels toe of passen we enkele regels ook aan en dit met als hoofddoel om het spelplezier te verhogen. Daarnaast vinden wij het super belangrijk dat de regels heel simplistisch zijn en een niet-korfballer of supporter onmiddellijk de simpele regels ook begrijpt en er geen discussie mogelijk kan zijn.
Spelvorm
We kiezen voor spelvormen die we kunnen spelen met 4 kinderen. Hierdoor hebben meer clubs de mogelijkheid om teams te vormen en kunnen kinderen ook actiever korfballen dan met 8.
Om onze kinderen te leren korfballen kiezen we om bij de u7, u8 en u9 om K4 te spelen. Dit wil zeggen een klein speelveld waar elk kind actief deelneemt aan het spel. Doordat de korven dicht bij elkaar staan, kunnen beide teams steeds door enkele passen naar elkaar te spelen gaan scoren.
Bij onze u10 en u11 kiezen we voor de spelvorm onezone. Dit wil zeggen dat we met 4 tegen 4 op een half speelveld gaan spelen. Na onderschepping moet de bal naar de wisselzone gespeeld worden om daarna gaan aan te vallen. Kinderen gaan hierdoor al meer verdere passen moeten spelen dan in K4 en worden zo beter voorbereid op het echte korfbalspel.
Speelveld
Onezone-korfbal
We spelen op de helft van een volledig speelveld. 1 vak is dan 20 meter breed en 20 meter lang. 2 tot 3 meter voor de middellijn leggen we een extra lijn aan en dat is de wisselzone. Na onderschepping moet een speler met bal in deze wisselzone komen om de functie aanval/verdediging te wisselen. Wisselspelers staan ook steeds klaar in deze wisselzone.
Tijdens een wedstrijd kunnen er op deze manier 2 wedstrijden plaatsvinden op 1 veld.
K4-korfbal
We spelen op een speelveld van 20 meter lang en een breedte van 13 tot 20 meter. Dit wil zeggen we spelen in 1 vak van een korfbalveld of we verdelen een korfbalveld van 40m op 20m in 3 speelvelden.
We plaatsen de paal steeds in het midden van de breedte van een speelveld en op 5 meter van de achterlijn. Dit wil zeggen dat er 10 meter is tussen de 2 korven.
Palen kunnen altijd verder of dichter bij elkaar gezet worden om het spelplezier te verhogen.
Tijdens een wedstrijd kunnen er op deze manier 3 wedstrijden plaatsvinden op 1 veld.
Genderneutraliteit
K4- en onezonekorfbal wordt gespeeld met 2 teams van minstens 4 spelers. Op die manier kunnen meer clubs sneller een ploeg vormen en deelnemen.
Alle deelnemende ploegen trachten zo vaak mogelijk met 2 jongens en 2 meisjes aan te treden. Tijdens de wedstrijd is er dan een genderneutraliteit en mogen alle spelers elkaar gaan verdedigen of hinderen.
Mocht een team niet aan de voorwaarde 2 jongens en 2 meisjes kunnen voldoen, zijn alle andere samenstellingen altijd mogelijk. De tegenpartij doet dan steeds het nodige om dit evenwichtig op te vangen.
Niveaugelijkheid
We doen er samen alles aan om voor elk kind een wedstrijd aan te bieden waar hij/zij zich kan ontplooien. Dit wil zeggen dat onze coaches er altijd alles aan doen om het voor alle 8 spelers op het veld aangenaam te maken.
Voor de start van een wedstrijd maken de coaches met elkaar afspraken rond het niveauverschil dat er eventueel is. Ze bepalen dan samen welke spelers ze gaan opstellen, zodat we op voorhand al hetzelfde niveau of gestalte van spelers tegen elkaar brengen.
Bij de start van de wedstrijd stellen we onze 4 spelers in het midden van het veld naast elkaar op. De coaches zetten dan de juiste speler tegenover zijn/haar tegenstrever en vanaf dan blijven ze tegen elkaar korfballen.
Spelers die op hun leeftijd het niveau overstijgen of biologisch veel groter zijn dan de andere kinderen, kunnen we beter een categorie hoger laten spelen. Hierdoor worden zij weer uitgedaagd en zijn de verschillen op het veld weer veel kleiner.
Paalhoogte
u7 gooit met een k4-bal naar een paal van 2 meter hoogte.
u8 gooit met een k4-bal naar een paal van 2,5 meter hoogte.
u9 gooit met een k4-bal naar een paal van 2,5 meter hoogte.
u10 gooit met een k4-bal naar een paal van 3 meter hoogte.
Afhankelijk van de teams kan de paallengte ook ten alle tijden aangepast worden om tegemoet te komen naar het spelplezier.
Daarnaast kan er soms ook gekozen worden om met een veel grotere mand te spelen en hier ook met duidelijk doel om het spelplezier te verhogen.
Puntentelling
Het belangrijkste wat elke speler wil is scoren en winnen. Dat is ook het uiteindelijke doel van onze sport. Dit moeten we dan ook blijven stimuleren! Maar onder de norm "niveaugelijkheid" gaan we het puntensysteem aanpassen.
Een wedstrijd wordt daarom verdeeld in 3 sets. De ploeg die de meeste sets wint, wint de wedstrijd. De wedstrijd kan dus enkel verloren worden met maximaal 0-3 en dat is al veel minder erg dan bijvoorbeeld 2-32.
Bij een gelijke stand, krijgen beide teams 1 punt.
Een wedstrijd duurt gemiddeld een 20 tal minuten. Dit wil zeggen dat we 3 keer 5 tot 6 minuten korfballen, met tussen de sets 1 minuut rust. De coaches zorgen er wel voor dat wisselspelers klaar staan en we na 1 minuut rust terug kunnen aanvatten.
Doel is om in 1 uur, 3 wedstrijdjes van 20 minuten te kunnen laten doorgaan. Dit natuurlijk zeker in de zaal.
Winnen doen de spelers enkel voor de eer, er is geen klassement of eindtotaal. Het moet elke set opnieuw gaan rond 1 doel: "Probeer deze set zoveel mogelijk keer te scoren."
Superspeler
Het team dat de eerste set verliest met meer dan 3 doelpunten verschil, mag in de 2de set een 5de man op het speelveld brengen. Deze set wordt dus gespeeld met 4 tegen 5.
Wint het team met superspeler de tweede set, dan vangen we in de derde set terug aan met 4 tegen 4. De winnaar van de derde set wint dan de wedstrijd met 2-1.
Verliest het team met of zonder superspeler ook de 2de set, dan mag het met 5 spelers de derde set aanvangen.
K4 en verdedigd
Om alles duidelijk en simpel te houden doen we deze regel weg. We spreken wel af dat we onze spelers blijven stimuleren om 1/1 te blijven verdedigen. We gaan dus niet onze kinderen opleiden om schots toe te laten en te gaan voor de rebound en of balbezit. Maar we halen de discussie van wel of niet verdedigd weg en dat is veel duidelijker voor kinderen en supporters.
Dit wil zeggen dat wanneer onze kinderen zo kort mogelijk verdedigen, ze automatisch verhinderen dat hun tegenstrever kan gooien. Heeft de speler toch kunnen gooien, moeten we onze verdediger stimuleren om of korter te gaan of zijn hand hoger te laten aansluiten.
Wat zijn de voordelen:
- Kinderen gaan meer schieten en hun kans tot scoren verhoogt.
- Kinderen gaan ook beter en sneller leren schieten onder druk, waardoor ze in latere categorieën dit ook kunnen verder zetten en ontwikkelen.
- Kinderen leren om kort mee te lopen met hun tegenstrever en om kort te gaan verdedigen.
- Kinderen durven al eens risico's nemen en vol voor de balonderschepping gaan.
- Er is geen discussie meer over deze regel, waardoor het fijner en duidelijker is voor de toeschouwers en zeker voor de (meestal jeugdige) scheidsrechter.
Wat zij de nadelen:
- Er is er maar 1. Kinderen die de overgang maken naar K8-korfbal zullen in het begin af en toe wel eens zondigen en verdedigd schieten, maar ook zeker even niet durven schieten door schrik om iets fout te doen. Dit vraagt dan even tijd om zich aan te passen, maar het verleden leerde ons dat dit niet lang duurt en daarna vlekkeloos verloopt.
De nadelen wegen dus niet af tegenover de grote voordelen
K4 en dubbele kans
We merken in K4-wedstrijden dat grotere en stevigere spelers in de paalzone vaak de bal gooien, zelf afvangen en opnieuw gooien tot ze scoren. Dit kan doordat de verdedigingsregel is afgeschaft.
Daarom voegen we deze regel ook toe: "Een speler die een kans neemt en zelf afvangt, mag niet opnieuw zelf gooien en moet de bal passen."